Toen mij gevraagd werd een stuk te schrijven voor de JFV, voelde ik mij vereerd, maar ik vond het tegelijkertijd ook spannend. Hoe vertel je over de Universitaire Studentenraad op een manier die voor juristen interessant is? Naar mijn mening kan ik dat vooral doen aan de hand van het voorbeeld van de situatie rondom de ophoging van het Bindend Studieadvies. Verder zal ik nog kort ingaan op mijn werkzaamheden als voorzitter van de USR, zodat jullie daar hopelijk een beter beeld van krijgen.
Laat ik voorop stellen dat ik geen jurist ben. Met mijn achtergrond in de biologie zijn de enige wetten waar ik mee te maken heb de wetten van de natuur, die verrassend helder zijn. Ik ben dus absoluut niet thuis in de rechtsgeleerdheid, maar heb gedurende dit jaar steeds meer respect gekregen voor mensen die dat wel zijn. Dit jaar heb ik namelijk het genoegen om voorzitter te mogen zijn van de Universitaire Studentenraad. Op het eerste oog leek dat niet meteen een juridische aangelegenheid, maar dat viel erg tegen (of mee, het is maar hoe je het bekijkt). Het begon al op de eerste dag van mijn termijn: “Hoppa, hier heb je de reglementenmap van de medezeggenschap, het is handig als je die kent.” aldus mijn voorganger. En daar zat ik dan met een witte map vol moeilijke woorden.
‘Meteen in het begin van het jaar werden we geconfronteerd met de grote klapper: de ophoging van het Bindend Studieadvies middels een bindende richtlijn.’
Gelukkig werd ik aan het handje genomen door een van de twee juristen die de USR rijk is. Hoewel het een klein stapje was, heeft zij mij laten zien dat wetten en regels helemaal niet eng zijn en eigenlijk best leuk om te lezen. Dat is een les die ik de rest van het jaar ter harte heb genomen.
Ophoging van het BSA
We hebben inmiddels al wat juridische zaken voor onze kiezen gekregen. Meteen in het begin van het jaar werden we geconfronteerd met de grote klapper: de ophoging van het Bindend Studieadvies middels een bindende richtlijn. Volgens het College van Bestuur gelden geen medezeggenschapsrechten bij bindende richtlijnen, omdat deze rechten niet vastgelegd liggen in de structuurregeling van de universiteit. Dat kwam twijfelachtig over op de USR, omdat juist in die reglementenmap staat dat de Facultaire Gezamenlijke Vergadering instemmingsrecht heeft op de gehele OER (waar het BSA in vernoemd staat). Daarom hebben wij advies ingewonnen van een onafhankelijke partij. Het was duidelijk dat dit ons petje erg te boven ging, hoe gemotiveerd we ook waren. Uit dat advies kwam wettelijk gezien inderdaad dat er wel medezeggenschapsrechten aan verbonden hadden moeten zijn. Er was dus sprake van conflicterende boodschappen. Na vele gesprekken met het College van Bestuur was nog steeds geen consensus bereikt; we kwamen er simpelweg niet uit wie gelijk had. Om voor eens en voor altijd opheldering te krijgen, leggen wij dit conflict voor aan een geschillencommissie die vervolgens een bindende uitspraak doet. Deze geschillencommissie wordt ingesteld door het Stichtingsbestuur (die weer boven het College staat). De commissie zal bestaan uit drie volledig onafhankelijke personen: het College van Bestuur, het Stichtingsbestuur en de Gezamenlijke Vergadering (OR en USR) mogen iemand voordragen. Vanwege de bijzondere katholieke identiteit van de RU is het niet mogelijk om na de bindende uitspraak nog in hoger beroep te gaan. Bindend betekent dus ook echt bindend. Op moment van schrijven zijn we nog niet verder in dit proces dan de aanvraag van een geschil bij het Stichtingsbestuur, maar we kijken reikhalzend uit naar de uitspraak. Hopelijk hebben meerdere zielen dan weer rust.
Als voorzitter ben ik voornamelijk eerst aanspreekpunt. Als medewerkers van het bestuursgebouw vragen of leuke ideeën hebben, dan komen ze vaak eerst bij mij aankloppen. Daarna kijk ik wie van de USR zich daarmee bezig kan en wil houden. Verder onderhoud ik (vaak samen met de vicevoorzitter en de secretaris) het contact met het College van Bestuur en heb ik de portefeuille Media. Je zou kunnen zeggen dat ik vooral een zeer externe functie heb en niet veel intern bezig ben. Onze interne vergaderingen worden dan ook voorgezeten door de vicevoorzitter. Mijn dag bestaat dus vooral uit veel, zeer uiteenlopende vergaderingen. Juist die diversiteit aan onderwerpen waarover ik met mensen praat, maakt dit (naar mijn mening) de leukste functie die er is!
Mocht je op de hoogte willen blijven van waar de USR mee bezig is, like dan onze Facebookpagina: NUmedezeggenschap.
The post Door de ogen van een leek appeared first on Bulletineke Justitia.